Bovenop de actualiteit met onze mailing.
Heeft u vragen naar aanleiding van de besproken onderwerpen of suggesties voor verbetering van de nieuwsbrief? Wij nodigen u van harte uit deze met ons te delen.
Vorige maand berichtten wij al dat de Eerste Kamer unaniem heeft ingestemd met de Wet aanpak schijnconstructies (WAS) en dat inmiddels een deel daarvan per 1 juli jl. in werking is getreden. In aanvulling op de maatregelen die wij in het artikel van vorige maand hebben samengevat, worden de maatregelen in dit artikel – voor de echte liefhebber – uitgebreid toegelicht.
Wet aanpak schijnconstructies (WAS) introduceert een hoofdelijke aansprakelijkheid van de werkgever en diens opdrachtgever ter zake van onderbetaling (of het niet betalen) van het verschuldigde loon. Als er gewerkt wordt met meerdere partijen in een keten, dan krijgen meerdere partijen dus de verantwoordelijkheid voor wat er in de keten gebeurt. Deze regels zijn sinds 1 juli jl. van kracht.
Niet alleen de formele werkgever, maar ook de opdrachtgever wordt verantwoordelijk voor het betalen van het cao-loon. Onderbetaalde werknemers krijgen zo meer mogelijkheden om hun achterstallige loon te innen. Opdrachtgevers die weten, of moeten weten, dat een werknemer niet voldoende betaald krijgt, kunnen hiervoor aansprakelijk worden gesteld.
De ketenaansprakelijkheid voor voldoening van het verschuldigde loon is van toepassing wanneer in een keten waarin een werknemer arbeid verricht, sprake is van een (of meer) overeenkomst(en) van opdracht of aanneming van werk. De regeling geldt alleen als de arbeid van de werknemer wordt verricht ter uitvoering van die overeenkomst(en).
De ketenaansprakelijkheid geldt dus niet:
als door een zelfstandige werkzaamheden worden verricht onderaan een keten.
voor een koopovereenkomst. Als voorbeeld: een cateringbedrijf dat wordt ingehuurd om zijn personeel in de bedrijfskantine van de opdrachtgever te laten werken is de ketenaansprakelijkheid voor loon wel van toepassing. Als het personeel van dezelfde cateraar echter ergens een bestelling aflevert, dan is de ketenaansprakelijkheid niet van toepassing op degene die de bestelling heeft geplaatst (gekocht).
voor particuliere opdrachtgevers, omdat zij niet handelen in de uitoefening van een beroep of bedrijf. Van een particulier die zijn huis laat schilderen kan bijvoorbeeld wel worden verwacht dat hij nagaat of BTW in rekening wordt gebracht, maar niet dat hij bij deze opdracht specifieke arbeidsvoorwaardelijke eisen of voorwaarden stelt en deze controleert.
De ketenaansprakelijkheid geldt wel:
voor het op grond van de uitzendovereenkomst verschuldigde loon en voor andere vormen van ter beschikking stellen van arbeid.
Wat kan een werknemer doen bij onderbetaling?
Een werknemer moet eerst zijn eigen werkgever aanspreken en een loonvordering instellen. Het is daarbij mogelijk om de directe opdrachtgever van de werkgever (hoofdelijk) aansprakelijk te stellen. Die opdrachtgever is in zee gegaan met een partij die het loon niet heeft uitbetaald en wordt daarmee medeverantwoordelijk. De werkgever is het loon verschuldigd uit hoofde van de arbeidsovereenkomst en zijn opdrachtgever is de partij die direct contractueel betrokken is bij de nalatige werkgever. Deze opdrachtgever kan uit dien hoofde doorgaans invloed uitoefenen op de werkgever. Door eerst de werkgever en/of diens directe opdrachtgever aan te spreken wordt bereikt dat de partijen die het meest direct betrokken zijn bij de onderbetaling hier ook in eerste instantie mee worden geconfronteerd.
De werknemer heeft dus de keuze om bij onderbetaling (of niet betalen) van het verschuldigde loon, dat loon te vorderen bij zijn werkgever en/of diens opdrachtgever. Dat kan de werknemer in het uiterste geval eventueel doen via een gang naar de rechter.
Wanneer de vordering van de werknemer tot voldoening van het verschuldigde loon bij zijn werkgever en/of diens opdrachtgever niet slaagt, kan de werknemer naar de eerstvolgende hogere schakel in de keten. Deze eerstvolgende hogere schakel is de opdrachtgever van de opdrachtgever van de werkgever (de derde ‘schakel’ in de keten).
Werkgevers zijn hierdoor voortaan verplicht om bij meldingen van misstanden zoals schijnzelfstandigheid te onderzoeken in hoeverre dit klopt. Let dus op, sinds 1 juli jl. kan de Belastingdienst uw onderneming aansprakelijk stellen voor het uitbetalen van het correcte loon aan uitzendkrachten en (onder)aannemers.
Verder bevat de WAS maatregelen die betrekking hebben op de uitbetaling en administratie van het loon. Hierbij gaat het met name om:
het verbod op contante uitbetaling van het minimumloon;
nieuwe eisen aan het inhouden of verrekenen van vergoedingen of andere kosten;
de eis om onkostenvergoedingen op de loonstrook te specificeren.
Met deze maatregelen kan volgens minister Asscher beter worden vastgesteld of het minimumloon is betaald of niet.
Omdat dit wel wat voorbereiding vergt, krijgen werkgevers wat meer tijd om aan de nieuwe regels omtrent de loonstroken en betalingen te voldoen. Daarom gaat dit onderdeel van de wet pas per 1 januari 2016 in.
Hier volgt per onderdeel een toelichting op de regels zoals die gaan gelden.
Werknemers moeten het volledige minimumloon uitbetaald krijgen. Werkgevers mogen niet langer een deel van het minimumloon als onkostenvergoeding uitbetalen of bedragen inhouden op het minimumloon. Eventuele voorschotten op het minimumloon zijn vatbaar voor verrekening met het minimumloon, als dat vooraf schriftelijk met de werknemer is overeengekomen en een en ander goed is gespecificeerd.
Loonstroken moeten transparanter worden en het minimumloon mag niet meer contant worden uitbetaald. De bedragen waaruit het loon is samengesteld, waaronder eventuele onkostenvergoedingen en de bedragen die op het loon zijn ingehouden moeten gespecificeerd zijn op de loonstrook. Omdat op de loonstrook gespecificeerd moet worden uit welke bedragen het loon is samengesteld, moet een werkgever ook aangegeven welk bedrag aan vakantiebijslag is uitbetaald.
De werkgever wordt verplicht om voor iedere werknemer minimaal het netto verschuldigde wettelijk minimumloon giraal uit te betalen, dat wil zeggen het moet worden bijgeschreven op een rekening, bestemd voor girale betaling, op naam van de werknemer. Het minimumloon mag niet meer contant worden uitbetaald. De verplichting tot girale uitbetaling van het minimumloon geldt niet voor de betaling van de vakantiebijslag.
Verder regelt de WAS dat de Inspectie SZW de bevoegdheid krijgt om bestuurlijke boetes uit te delen aan werkgevers die zich niet aan de eisen uit de WAS houden. Daarnaast mag de Inspectie de inspectiegegevens openbaar maken van organisaties die zich niet aan de regels houden.
Als een werkgever ten onrechte onkosten als bestanddeel van het minimumloon meerekent, kan deze een bestuurlijk boete opgelegd krijgen wegens onderbetaling en een last onder dwangsom om betaling van het achterstallige loon tot minimumloonniveau af te dwingen. Ook als een werkgever de regels omtrent het giraal betalen niet naleeft kan een bestuurlijke boete worden opgelegd.
Werkgevers- en werknemersorganisaties en de Inspectie SZW gaan tot slot informatie uitwisselen als het vermoeden bestaat dat een werkgever de cao-afspraken niet nakomt.
Houd er dus als werkgever rekening mee dat een en ander goed moeten worden nageleefd en zorg dat tijdig de loonadministratie is aangepast op de nieuwe regels.
Gepubliceerd op 14 augustus 2015 door Fiorens